Art
-1
archive,category,category-art,category-3,stockholm-core-2.4,select-theme-ver-9.8,ajax_fade,page_not_loaded,,qode_menu_,wpb-js-composer js-comp-ver-7.6,vc_responsive

Louise’s Liguria: SANREMO, waar tradities en trends elkaar ontmoeten, een reis door het beste van de Italiaanse Riviera

De adembenemende bergdorpjes in de Valle d’Argentina van Ligurië ontdekken is een heerlijke ervaring. De kustlijn van de Riviera dei Fiori biedt echter ook een uniek en fascinerend perspectief. Vandaag reizen we naar een van de mooiste badplaatsen die je er vindt: Sanremo, de stad van de bloemen!

 

We hebben deze modieuze badplaats in Liguria meerdere keren bezocht en elke keer waren we blij verrast door de levendige sfeer.

Deze prachtige stad heeft een rijk cultureel erfgoed en we raden je aan jouw verkenning van Sanremo te beginnen met een bezoek aan de historische wijk in het oude centrum: La Pigna.

Het is een absolute must-see, dus sla een bezoek aan dit deel van Sanremo niet over!

Het Italiaanse woord pigna betekent ananas. De wijk werd omhoog gebouwd in de vorm van een ananas om de oude stad te versterken tegen aanvallen van Berberse piraten die in de zestiende eeuw in het gebied rond de Middellandse Zee actief waren.

 

In dit bijzondere gedeelte van Sanremo zijn er verschillende opmerkelijke sites om te verkennen. Een daarvan is de Porta di Santo Stefano, een gotische gewelfde ingang ter ere van Sint-Stefanus. Naarmate je verder deze wijk inloopt, kom je charmante smalle steegjes tegen die verstild lijken in de tijd. Ze leiden je uiteindelijk naar pittoreske historische pleinen, zoals het Piazza dei Dolori. Hier vind je het Palazzo Gentile-Spinola, een laatmiddeleeuws gebouw dat in de zestiende eeuw werd gerenoveerd om te dienen als vakantiehuis van deze rijke magistrale familie uit Genua.

Het Oratorio di San Sebastiano werd in 1508 gebouwd als teken van dankbaarheid aan de heilige Sebastian die Sanremo op wonderbaarlijke wijze beschermde tegen de pest die toentertijd over Ligurië di Ponente raasde.

Het gebouw onderging meerdere restauraties tussen de zestiende en achttiende eeuw en werd later versierd door kunstenaars als Maurizio Carrega (1750-1815) en Luigi Varese (1825-1889).

 

Aan het Piazza di Santa Brigida, een veel ruimer plein, vinden we de gelijknamige Chiesa di Santa Brigida deze kerk is waarschijnlijk gesticht door een congregatie van zusters. Deze religieuzen worden ook tegenwoordig nog aangeduid als de Brigadine, vernoemd naar de heilige Brigida, de Zweedse Brigid, die volgens een document uit 1596 in dit deel van Liguria heeft gewoond en gewerkt. Na een restauratie die begon in 1989 en duurde tot 2015, worden de kerk en het plein nu gebruikt voor culturele bijeenkomsten, muziekuitvoeringen en theaterevenementen (foto 5).

 

       

 

 

Als je je weg vervolgt, passeer je de Giardini Regina Elena, de tuinen gewijd aan Elena di Montenegro, de vrouw van koning Vittorio Emanuele III, die verschillende kleurige  bloemsoorten, bomen en palmen laten zien.

 

Op de Piazzale Assunta staat het prachtige Santuario Madonna della Costa, een religieus gebouw dat voor het eerst wordt genoemd in een document dat dateert uit 1474. In 1600 werd een nieuw heiligdom gebouwd ter ere van la Madonna della Costa, de patrones van zeelieden die hen beschermt tegen de gevaren van de zee.

 

Er zijn beroemde kunstwerken te bewonderen, waaronder sculpturen van de beroemde Italiaanse beeldhouwer Anton Maria Maragliano (1664-1741), een portret van de Madonna met kind toegeschreven aan Fra ‘Nicolò da Voltri (1385-1417) en artistieke creaties van schilders als Domenico Fiasella, bekend als Sarzana (1589-1669) en Giulio Cesare Procaccini (1574-1625) uit de zestiende en zeventiende eeuw. Vanaf dit punt kun je genieten van een werkelijk adembenemend panoramisch uitzicht op de kustlijn en de zee!

 

 

Een andere interessante kerk om te bezoeken is de Concattedrale di San Siro, de co-kathedraal van de heilige Syrus van Pavia. Een document uit 1143 vermeldt al het bestaan van dit gebouw in romaans-gotische stijl. De kruisvormige en grote roosvensters in de gevel dateren uit de dertiende eeuw.

De bouw van de klokkentoren begon in dezelfde eeuw, en toont diverse indrukwekkende klokken, waarvan de Campanone, gewijd aan Johannes de Doper, patroonheilige van Liguria, de grootste is.

 

Het gebouw is door de tijd verschillende keren aangepast, gedeeltelijk verwoest in de Tweede Wereldoorlog en in 1948 gerestaureerd in de stijl van de Barok. Meer recent, in 2015, zijn opnieuw restauraties gedaan om de kerk in haar volle glorie te herstellen.

Unieke kunstwerken om hier te bewonderen zijn het Christusbeeld in hout toegeschreven aan  Anton Maria Maragliano (1664-1739), een sculptuur van de Madonna del Rosario daterend tussen de zestiende en achttiende eeuw, door Giuseppe Compostano, een kunstenaar die werkte in de stijl van Maragliano, en schilderijen gemaakt door de Raffaele de Rossi, zoals het kooraltaarstuk, gedateerd 1548.

 

Het Museo Civico is gevestigd in het prachtige Palazzo Nota, daterend uit 1667. De marmeren zalen van de Pinoteca tonen prachtige kunstwerken uit de collecties van antieke families van Sanremo, en portretten en landschappen van schilders als Maurizio Carrega (1737-1819), evenals werk van Pieter Paul Rubens (1577-1640).

 

 

Villa Nobel,

In 1870  liet Pietro Vacchieri, een apotheker uit Rivoli, zich inspireren door Franse trends die toen in de mode waren en gaf architect Filippo Grossi opdracht  om een elegant palazzo voor hem te ontwerpen. Vier jaar later werd het pand verkocht aan Lazzaro Patrone. Alfred Nobel kocht dit huis in 1891 en heeft er tot zijn dood in 1896 gewoond.

 

In 1923 werd de villa verkocht aan de Giovan Battista Parodi, wiens erfgenamen de villa weer verkochten aan de overheid, die er het museum van maakte zoals we het nu kennen.

 

 

Villa Nobel vertelt je over het leven van Alfred Nobel in Sanremo aan de hand van een verzameling foto’s en voorwerpen die in zijn laboratorium zijn gebruikt om onderzoek te doen en besteedt ook aandacht aan diverse Nobelprijswinnaars. Daarnaast kun je een kijkje nemen in zijn bibliotheek en zelfs de slaapkamer van deze wereldberoemde wetenschapper, wat aanvoelt als een reis terug in de tijd naar de vroege jaren 1900.

Tegenwoordig organiseert het museum ook een verscheidenheid aan evenementen, waaronder culturele bijeenkomsten, concerten en bruiloften, welke ook kunnen plaatsvinden in de mooie tuinen rond deze bijzondere locatie.

 

Terwijl je zo door Sanremo wandelt, zul je ook haar kosmopolitische kant ervaren. Het elegante casino, de Franse invloed en het wereldberoemde Festival della Canzone di Sanremo, het Festival van het Italiaanse lied van Sanremo, maken de stad een populaire bestemming voor stylisten, ontwerpers en modeliefhebbers.

 

Corso Matteotti biedt je een grote verscheidenheid aan prachtige winkels, perfect voor (window) shoppen of een ontspannen wandeling. Daarnaast zijn er veel gezellige terrasjes en restaurantjes in deze omgeving om te genieten van een maaltijd of een drankje.

Vi raccomando di cuore di visitare a Sanremo! Een bezoek aan Sanremo is wat ons betreft een echte aanrader, van harte aanbevolen!

 

 

 

 

Bronnen:

I.A.T. Ufficio Informazioni e di Accoglienza Turistica Sanremo

Villa Nobel

Foto’s:

1-3-4 PW © 2023, 2 Göran Benght, 5 © Sanremo News, 6-7 pagina ufficiale Facebook Santuario Diocesano Nostra Signora Assunta della Costa Sanremo, 8 pagina ufficiale Facebook Festeggiamenti Parrocchiali di San Siro Sanremo, 9 Samuele English Wikipedia,10 en 11 © villa Nobel Sanremo, 12-13 LH © 2023.

Tekst Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2023

Louise’s Liguria: Badalucco, antico borgo in de Ligurische heuvels die moderne kunstenaars inspireert

IStock – credits Allard1

 

Het pittoreske dorpje Badalucco ligt in de Valle Argentina, in de provincie Imperia, op ongeveer twaalf km landinwaarts van Arma di Taggia aan de Riviera dei Fiori in Liguria. Dit paesetto antico, oude dorpje, staat bekend om de pastelkleurige huizen en kleurige muurschilderingen, lokaal bekend als Murali (mura betekent muur). Vanwege deze opvallende kunstwerken wordt Badalucco vaak aangeduid als il Paese dipinto, het beschilderde dorp.

 

In 1992 kwam de lokale bevolking op het idee om het dorp op te fleuren en meer toeristen te trekken door muurschilderingen in vrolijke kleuren op de grijze muren van de oude huizen aan te brengen. De murali zijn gemaakt door verschillende lokale kunstenaars, waaronder Sandro Marchetti, een kunstenaar met een lange carrière en diverse tentoonstellingen op zijn naam.

 

Copyright © Agriturismo S.Martino di Castiglion Tinella

Naast zijn muurschilderingen in Badalucco, heeft Marchetti ook gewerkt in Castiglion de Tinella, in de buurt van Cuneo, waar hij zijn kunstwerk L’ Albero della Cuccagna heeft gecreëerd.

 

Het woord albero betekent boom, Cuccagna staat voor Kokanje, dat in de Middeleeuwen werd gezien als een land van melk en honing, een soort Luilekkerland. De muurschildering verwijst naar een traditioneel volksentertainment waarbij mensen een mast beklimmen om diverse lokale lekkernijen eruit te halen die er aan de top inhangen.

 

Copyright © La Scintilla

De lokale bevolking van Badalucco, bekend als Baucogni in het lokale dialect, heeft gemengde gevoelens over de muurschilderingen. Sommigen waarderen deze mix van traditioneel antiek en moderne kunst, maar anderen geloven dat de decoraties afbreuk doen aan het authentieke culturele en historische karakter van het dorp.

 

Badalucco staat niet alleen bekend om schilderkunst, maar ook om haar keramiek. De Badalucco Art Gallery, beheerd door de Associazione Up Arte, organiseert regelmatig tentoonstellingen met werken van verschillende lokale kunstenaars. Bezoekers kunnen ook deelnemen aan creatieve workshops en cursussen, waardoor het verkennen van deze stad nog spannender wordt.

 

Men denkt dat de naam Badalucco afkomstig is van het Italiaanse werkwoord badare, wat betekent zorgen voor of waken. In die zin verwijst het naar de historische functie van het dorp als gefortificeerd kasteel door de geschiedenis heen. Badalucco is een plaats van gevechten geweest, waarbij het zich heeft moeten verdedigen tegen talloze invasies, waaronder die van de Romeinen, Barbaren, Saracenen en de Republiek Genua, Frankrijk, Spanje en Oostenrijk.

 

 

Dit evocatieve dorpje in de colline Ligure, de heuvels van Liguria, is omgeven door olijfgaarden waar de Taggiasca olijven worden geteeld voor de heerlijke Olio d’Oliva Extra Vergine. Die traditie gaat terug tot de late 7e en vroege 8e eeuw toen Benedictijner monniken het land rond Badalucco cultiveerden en terrassen bouwden voor de oogst. Op afspraak kunnen bezoekers rondkijken in de Frantoio ROI-olijfperserij, al generaties lang een familiebedrijf, en meer ontdekken over de geschiedenis van de olijfolieproductie in Badalucco.

 

Copyright © Ristorante Ca’Mea

Naast olijfolie staat Badalucco bekend om il fagiolo di Badalucco, een kleine witte bonenvariëteit die hier in veel gerechten wordt gebruikt en Rundin wordt genoemd. In de cucina rustica van deze regio, de rustieke keuken, wordt deze boon vaak gecombineerd met capra (geitenvlees) en coniglio (konijn). Andere piatti tipici, regionale gerechten uit  Badalucco, zijn de Fiori di zucca ripieni, courgettebloemen uit de oven gevuld met mortadellaworst, Stoccafissu a Baucogna, een gerecht met gedroogde stokvis, of A fogazza, een zoete focaccia, allemaal lekkernijen gemaakt volgens traditionele recepten.

 

 

Er zijn verschillende restaurants waar je kunt genieten van al dit lekkers, zoals de Osteria Cian De Bia bijvoorbeeld, waar je het menu eet dat de chef voor die dag heeft bedacht, samen met een goed glas lokale wijn zoals Vermentino, Pigato of Rossese. Als je van paddenstoelenspecialiteiten houdt, kunt je genieten in het ristorante Ca’Mea gevestigd in een antieke olijfperserij (foto links).

 

IStock – credits Tinieder

 

 

 

Naast een culinaire traditie, en de dagelijkse routine (zie foto’s rechts), is er mooie historische cultuur te ontdekken in deze prachtige antieke borgo, dit gehucht, met zijn smalle steegjes en overdekte doorgangen.

 

IStock – credits Dragoncello

Wist je dat het blauwe driewielige busje op de foto een Ape heet?

Het Italiaanse woord ape betekent werkbij, en de eerste modellen werden in 1948 geïntroduceerd als een eenvoudig hulpmiddel voor werk, en ze komen nog steeds van pas!

 

Badalucco werd vroeger omsloten door een ringmuur met vijf poorten: de Porta di San Rocco, Porta del Pogetto, Porta di Beo, Porta del Castello en Porta di Santa Lucia, de laatste gelegen op een brug, de Ponte di Santa Lucia. Een andere brug genaamd Ponte della Madonna degli Angeli, genoemd naar de nabijgelegen Capella della Madonna degli Angeli, is stroomopwaarts te vinden aan de noordkant van het dorp.

 

De Ponte di Santa Lucia is een romaanse boogbrug waar de oude karrensporen uit vervlogen tijden nog te zien zijn in de kiezelbestrating.

 

Waar vroeger ezelpaden liepen, zijn hier nu nieuwe paden aangelegd. De vorm van de brug doet denken aan de gebogen rug, welke kenmerkend is voor een ezel; Ponte a schiena d’asino, brug met ezelrug, is dan ook in het Italiaans de naam voor dit type brug. Dankzij die unieke boogconstructie heeft de brug nog steeds overleefd en vormt een natuurlijke golfbreker voor de Argentina, de bergstroom die hier als een kleine waterval over rotsen en stenen onder de brug stroomt.

 

 

 

IStock – credits Gablitz

De kleine klokkenkapel erboven werd in 1606 gebouwd ter ere van Santa Lucia, de patroonheilige van blinde mensen.

Binnen is een marmeren beeld van haar te zien. Op de naamdag van Santa Lucia, 13 december, zeggen veel dorpelingen een klein gebed als ze hier voorbijlopen uit gewoonte, voorzorg of vroomheid:

 

Salute e pan d’ordiu, che Santa Lezia e ne cunserve a vista e l’audia.

 

Gezondheid en gerstbrood, moge Saint Lucia ons zicht en gehoor behouden.

 

IStock – credits Gablitz

 

Ontdek daarnaast ook de schoonheid van de Chiesa di Santa Maria Assunta e San Giorgio, in het hart van het historische centrum. Met zijn opvallende barokke stijl met prachtige arcades aan de gevel, is deze kerk een waar meesterwerk. Neem even de tijd om de monumentale deur uit 1556 te bewonderen, gemaakt door Bartolomeo Varenzi da Cenova, die in de loop van de tijd bewaard is gebleven en hergebruikt.

 

Eenmaal binnen zul je versteld staan van de uitgestrektheid van de ruimte. De zestiende- en zeventiende-eeuwse gipsversieringen en devotionele ornamenten zijn gewoonweg adembenemend. Het grote altaar, gemaakt door Gio Andrea Manni in 1697, en geflankeerd door twee gigantische marmeren engelenbeelden uit de school van Bernini, is een indrukwekkend beeld. In de kapellen vindt je een scala aan schilderijen van verschillende kunstenaars, waaronder Giuseppe Massa: La Resurrezione di Cristo (1726), Giacomo Rodi: La Madonna del Carmine e Santi (begin 17e eeuw) en Francesco Maria Narice: L’Assunzione della Vergine (1776).

 

Het Oratorio dei Disciplinanti delle Stimmate di San Francesco, gebouwd in 1646, beschikt over kunstwerken van Gio Paolo Marvaldi uit 1705. Het Oratorio della Madonna della Misericordia (1701-1728) toont decoratief reliëf stucwerk van Vincenzo Adami en fresco’s van Maurizio Carrega.

 

Copyright © Ralf Pfeiffer.

 

 

 

 

 

Zoals mijn blogs over Triora, Dolcedo en Dolceaqua al vertelden, ben je helemaal op je plek in dit deel van Liguria wanneer je van wandelen en trekking houdt. Vanuit Badalucco worden diverse panoramische wandelingen georganiseerd met een Alpine gids, maar outdoor liefhebbers gaan ook zelfstandig op pad met een goede wandel-App, een gedownloade routekaart en voldoende opgeladen telefoon.

 

Een wandeltocht die vaak vanuit Badalucco wordt gelopen is de Anello della Madonna della Neve, van het Oratorio San Nicolo (foto rechts) naar het Santuario Madonna della Neve ( foto hieronder).

 

 

 

Copyright © Santuari Italiani.

Deze tour, waarbij je in een cirkel (anello betekent ring) van ongeveer acht kilometer omhoog en omlaag loopt, wordt aanbevolen voor gemiddelde wandelaars in goede conditie.

 

De wandeling  leidt langs olijfterrassen omringd door typische stenen muren wijngaarden en door kastanjebossen, waar je in stilte kunt genieten van de prachtige natuur en misschien zelfs een paar wilde zwijnen tegenkomt, zoals we lezen in de vele positieve recensies; deze tocht staat ongetwijfeld op onze lista di cose da fare, onze to-do lijst, bij ons volgende bezoek aan de betoverende Valle d’Argentina!

 

 

 

Bronnen:

 

I.A.T. Via Bianchi Marco 1 – Badalucco

Comune di Badalucco – muurschilderingen

Sandro Marchetti

Olijfperserij Olio Roi Frantoiani

Restaurant Ca’Mea Badalucco

Osteria Cian de Bia

Tekst Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2023

LOUISE’S LIGURIA: ONTDEK BORDIGHERA DOOR DE OGEN VAN CLARENCE BICKNELL

Houd je van bloemen aquarel en ben je in het pittoreske kustplaatsje Bordighera, begeef je dan eens in de fascinerende wereld van Clarence Bicknell, te vinden binnen de charmante muren van het Museo Bicknell!

 

Als fan van botanische tekeningen heb ik mij onlangs eens verdiept in het interessante leven van Bicknell, geleid door de zorgvuldig onderzochte biografie geschreven door Valerie Lester: Marvels: The Life of Clarence Bicknell, Botanist, Archaeologist, Artist, gepubliceerd in 2018. Met het bewonderenswaardige werk van deze vertaler en auteur als uitgangspunt, heb ik een beknopt overzicht gemaakt van het leven van Bicknell, dat zich grotendeels heeft ontvouwd in het prachtige landschap van Bordighera.

Ik nodig je uit voor een intrigerende reis om zijn werk te ontdekken.

 

Foto © Museo Bicknell Bordighera

 

Zoals de titel van Lesters boek al aangeeft, was Clarence Bicknell een veelzijdige iemand, een man van de 19e-20e eeuw; reiziger, botanicus, schilder, aquarellist, archeoloog, Esperantist en filantroop. Hij is in 1842 geboren in Herne Hill, niet ver van Londen, in een welvarende familie. Na zijn afstuderen met een Master of Arts in de wiskunde, werkt hij meer dan een decennium lang, als parochiepriester in Stoke on Terne. In 1878 reist Bicknell, dankzij kerkelijke connecties met de Anglicaanse kerk in Bordighera, de All Saints Church, voor het eerst naar de zonnige Italiaanse Riviera.

 

Foto Bicknell: Albumo de Konataj Esperantistoj, Anglican Church Bordighera: Jose Antonio, Wikimedia Commons

 

Dit is een tijdperk waarin de Franse en Italiaanse Rivièra, van Menton tot Genua, enorm populair wordt bij de Engelse elite. Een belangrijke bijdrage aan deze fascinatie zijn de suggestieve beschrijvingen van Ligurië in de roman Il dottor Antonio, van de Italiaanse schrijver en patriot Giovanni Ruffini (1807-1881).

 

Ruffini’s verhaal, voor het eerst gepubliceerd in Edinburgh in 1855, over de onmogelijke liefde tussen de Siciliaanse revolutionaire arts Antonio en Lucy, dochter van de Engelse aristocraat Sir John Davenne, speelt zich af tegen de achtergrond van het Risorgimento, de periode van de Italiaanse eenwording (1830-1870), en schildert een onweerstaanbaar beeld van Bordighera. In 1937 is deze roman verfilmd door regisseur Enrico Guazzoni, in de Cinecittà-studio’s in Roma.

 

Botanische bloemtekeningen Bicknell © The Fitzwilliam Museum, Cambridge, Creative Commons License (BY-NC-ND)

Voor Bicknell, die net als Lucy en haar vader in Ruffini’s roman in een paardenkoets over ratelende rotsblokken het stuk van het station van Ventimiglia aflegt richting Bordighera, is het, bij de eerste blik op het prachtige Bordighera en de Middellandse Zee, liefde op het eerste gezicht; hij besluit afstand te doen van zijn priesterschap en koopt er een huis: Villa Rosa.

Zijn grote passie voor plantkunde bloeit in deze levendige omgeving. Hij begint direct de lokale flora te catalogiseren door middel van ingewikkelde aquareltekeningen, waarvan de pure schoonheid nog steeds de kracht heeft om je de adem te benemen.

 

Daarnaast ontwikkelt Bicknell een diepe affiniteit met het Ligurische achterland en de bergen. Hij bouwt een huis, dat hij de naam Casa Fontanalba geeft, in de buurt van het dorp Casterino. Zijn documentatie en illustraties van prehistorische rotstekeningen ontdekt rond de Monte Bego en de Valle delle Meraviglie leveren hem internationale erkenning op onder archeologen.

 

De rotsgravure in de blauwe steen welke een stamhoofd zou voorstellen, (middelste fotoreeks hieronder, rechts), wordt bewaard in het Musée départemental des Merveilles de Tende.

 

Foto links Villa Rosa, Bettylella, CC BY-SA 4.0.,Wikimedia Commons, foto rechts Casa Fontanalba © Clarence Bicknell Association

 

Foto Monte Bego en rotsgravures Gregor Seither, CC BY-SA 3.0., blauwe steen: Philippe Kurlapski, CC BY 2.5., Wikimedia Commons

 

Foto © Museo Bicknell Bordighera

 

In het huis in de bergen creëert Bicknell het Casa Fontanalba Visitors Book, een bewijs van zijn artistieke talent en liefde voor de natuur, met levendige illustraties en een ruimte om te schrijven voor bezoekers. In een tweede gastenboek, The Book of Guests in Esperanto, promoot hij deze universele taal door hartverwarmende anekdotes op de linkerpagina te schrijven en rechts aquareltekeningen van bloemen te maken (pp. 153-182).

 

Foto cover visitorsbook: PW © 2020-2023, bloemen decoratie rechts © The Fitzwilliam Museum, Cambridge

 

Clarence Bicknell overlijdt in de zomer van 1918 in zijn geliefde Casa Fontanalba. Zijn levenloze lichaam wordt, in de schommelstoel op de veranda met het uitzicht op de bergtoppen dat hij zo heeft liefgehad, ontdekt door zijn toegewijde assistent en tuinman, Luigi Pollini, voor Bicknell eerder een vriend, dan een ondergeschikte.

 

Tegenwoordig wordt een deel van de artistieke erfenis van Bicknell bewaard in het Museo Bicknell, dat hij in 1888 heeft opgericht. Het is te vinden in een klein parkje achter een klassieke villa, die vandaag de dag de thuisbasis is van het Istituto Internazionale di Studi Liguri, in de Via Romana 39, Bordighera. In het multifunctionele gebouw, kan publiek genieten van diverse culturele evenementen, zoals exposities, lezingen en concerten, welke regelmatig worden georganiseerd (p.73).

 

Foto’s: © Museo Bicknell Bordighera

 

Begin mei 2022, zijn wij het Museo Bicknell gaan bezoeken. In de tuin word je in die maand begroet door het levendige paars van een enorme bloeiende Wisteria, ofwel; Blauweregen die de ingang van het museum omlijst. Ga je verder de tuin in, dan zie je unieke Ficus-soorten, torenhoge Afrikaanse palmen en een Jacaranda uit Zuid-Amerika, die allemaal de diversiteit van de flora van de wereld weerspiegelen.

 

Bekijk de museumbibliotheek en je vindt vitrines met originele brieven van Bicknell,  een enorme collectie boeken en kunstwerken over flora, plantkunde, vegetatie, speciale vissen en vogels, plus een betoverende vlindercollectie, zie foto hierboven!

 

Bronnen:

 

Valerie Lester, Marvels, The life of Clarence Bicknell, Botanist, Archeologist, Artist, Matador, Troubador Publishing Ltd., Leicester, Verenigd Koninkrijk, 2018.

 

Artikel Peter Bicknell, Clarence Bicknell, Essentially Victorian, toespraak gegeven door Clarence Bicknell’s achterneef, Peter Bicknell, in het Museo Bicknell in Bordighera, Italië, op 23 september 1988, als onderdeel van de viering van de honderdste verjaardag van de opening van het museum. https://www.clarencebicknell.com/images/downloads_news/clarence_bicknell_essentially_victorian_peter_bicknell_1988.pdf

 

Websites:

https://clarencebicknell.com/

http://www.museobicknell.com/

https://fitzmuseum.cam.ac.uk/

 

Tekst Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2023

Louise’s Liguria: Een voorproefje van Dolceacqua: geniet van de smaken van geschiedenis, kunst en cultuur.

Terwijl ik werk aan mijn handige reisgids voor jou, om zelf de verborgen juweeltjes van de Italiaanse Bloemenrivièra en het achterland te verkennen, hier alvast een nieuw Blog vol aantrekkelijke informatie over een prachtige en inmiddels wereldberoemd stadje: Dolceacqua!

 

Je vindt dit historische plaatsje, dat recht uit een sprookje lijkt te komen, ongeveer 13 km. landinwaarts van Ventimiglia

 

De naam vertaalt zich naar zoet water, een knipoog naar de schilderachtige rivier de Nervia die hier sereen door de vallei stroomt. Het authentieke stadje in de heuvels heeft oude wortels; archeologische vondsten wijzen op nederzettingen in dit gebied uit de ijzertijd. In de tijd van de Romeinen ontstond het oude kasteel Dulcius en na verloop van tijd veranderde deze naam in Dolceacqua.

 

Spring in je auto en rijdt langs de kust bij Ventimiglia landinwaarts naar boven via Vallecrosia en Pignoi San Rocco. In ongeveer twintig minuten word je omringd door de magie van Dolceacqua.

 

Vraag iemand naar dit prachtige stadje en ze zullen je wijzen op het Castello dei Doria, het kasteel van de Doria’s, een adellijke patriciërsfamilie die vanaf de dertiende eeuw veel politieke invloed had en heerste over Genova en omgeving. Pittoreske smalle straatjes leiden je naar het kasteel.

Het is even een klim, maar neem van mij aan; eenmaal aangekomen op de top, is het uitzicht op een panorama van weelderige wijngaarden en olijfgaarden, adembenemend!

 

           

 

Het kasteel, deels ruïne, deels gerestaureerd, biedt een bioscoop waar de geschiedenis en tradities van Dolceacqua worden verteld, en de Sala Doria-Grimaldi, waar je alles te weten kunt komen over de nauwe banden tussen deze twee families.

Er worden regelmatig tentoonstellingen gehouden; een groot succes was de tentoonstelling van 2022 gebaseerd op de brieven van Claude Monet (1840-1926), over zijn schilderkunst en plein air, in de open lucht, in dit gebied.

 

Een artistieke retraite

Je kunt hier niet om de invloed van deze legendarische Franse kunstenaar, die gecharmeerd was van de regio, heen. Monet, die in die jaren in Giverny, in het eoorden van Frankrijk, woonde, kwam in 1883 voor het eerst naar de Italiaanse Riviera. Nadat zijn Engelse vrienden hem het achterland hadden laten zien, werd dit deel van Liguria zijn muze. Weer thuisgekomen, realiseerde hij zich al snel hoe betoverd hij zich voelde, door de schoonheid van de Valle del Nervia, de kleuren van het landschap, de mediterrane vegetatie en de lichtinval in dit deel van Italia.

Niet veel later keerde hij terug van Giverny naar Dolceacqua, om te schilderen, ditmaal samen met collega-kunstenaar en vriend Auguste Renoir (1841-1919).

In een van zijn brieven, uit 1884 aan zijn vriend de kunsthandelaar Paul Durand-Ruel, over de inmiddels beroemde asymmetrisch gebogen brug in het centrum van Dolceacqua, schreef Monet:

” […] l’endroit est superbe, il y a un pont qui est un bijou de légèreté ”. ”

[…] Deze plek is prachtig, er is een brug die een juweel van lichtheid is”.

 

In hetzelfde jaar heeft Monet twee kunstwerken gecreëerd: Le Chateau de Dolceacqua (1884), dat zich nu in de collectie van het Musée Marmottan Monet in Parijs bevindt, en Le vieux pont sur la Nervia (1844), te zien in The Clark Art Institute, Williamstown, Massachusetts.

Wist je dat de gemeente Dolceacqua de exacte plaats heeft gemarkeerd waar Monet vroeger zijn schildersezel opstelde? Het is behoorlijk surrealistisch om de brug en het kasteel vanuit zijn perspectief te zien!

 

   

 

Elementen die verwijzen naar de invloed van de Doria-familie zijn hier ook te vinden:

       

 

Het verhaal van Lucrezia

Een historisch verhaal van moed en rebellie

 

Ben je een zoetekauw? Wanneer je Dolceacqua bezoekt, zorg er dan voor dat je de culinaire specialiteit, de Michetta, een dolce, een typisch Italiaans zoet broodje of brioche proeft, die overal in het dorp verkrijgbaar is. Dit broodje kent een bijzondere geschiedenis; het recept is ontstaan uit een middeleeuws gebruik, het Ius primae noctis, oftewel het recht op de eerste nacht. Volgens deze traditie eigent een landheer, in het geval van Dolceacqua, een markies uit de familie Doria, zich het recht toe om de dochter van een lijfeigene of een boer die op zijn land werkt, op de avond van haar huwelijk te ontmaagden.

Dit bizarre lot zou ook de mooie Lucrezia hebben getroffen, een negentienjarig meisje dat verloofd was met een jongeman genaamd Basso. Lucrezia verzette zich tegen de markies, die haar vervolgens liet opsluiten in de donkerste kerkers van het kasteel, waar ze verhongerde. Met de hulp van een bewaker kon Basso de privévertrekken van de markies binnendringen en deze letterlijk het mes op de adellijke keel zetten. De markies werd gedwongen een oorkonde op te stellen waarin hij officieel afstand nam van deze wrede gewoonte. Het in het Latijn geschreven document werd vervolgens naar de geestelijkheid van de San Giorgio-kerk gebracht en in dialect vertaald. Het certificaat werd opgehangen op het openbare prikbord zodat iedereen het kon lezen.

Dit alles zou in de nacht van 15 augustus zijn gebeurd. Om de overwinning en het verzet van de dappere Lucrezia te herdenken, besloten de vrouwen in het dorp iets te bakken. Terwijl ze bezig waren met bloem, eieren, olie en suiker, kneedden ze het deeg in de vorm van het vrouwelijke geslachtsorgaan.

Spontaan begonnen ze te zingen in het Ligurische dialect: Omi, au, a michetta a damu a chi vuremu nui, wat betekent: Mannen, vanaf nu geven we onze michetta aan wie wij dat willen. Wat bedoeld wordt met het woord michetta behoeft geen verdere uitleg…

 

De Ius primae noctis controverse

Het Ius primae noctis is onderwerp van historische discussie. Vooral in de negentiende en twintigste eeuw was het debat over het bestaan ervan populair. In die periode werd veel onderzoek gedaan door verschillende wetenschappers, die zich vragen stelden als: heeft het concept eigenlijk wel bestaan? Is dit feodale recht ergens vastgelegd in een wet? Is er een document dat dit bewijst? Is dit een echt gebruik van tribale samenlevingen of gewoon een mythe? Hoewel de meeste historici het er tegenwoordig over eens zijn dat het hier om een overgeleverd middeleeuws verhaal gaat, blijft het voor anderen een mysterieus onderwerp voor analyse. Wat denk jij?

 

Liefhebber van religieuze kunst?

 

Er zijn verschillende kerken te bezoeken.

 

In Dolceacqua zelf is de barokke Chiesa di Sant’Antonio Abate, daterend uit de vijftiende eeuw, een bezoek waard. Er zijn kunstwerken van Ludovico Brea (1450-1523), (La Santa Devota, 1515), en Bernardo Castello (1557-1629), (La Madonna del Rosario, 1582).

Vergeet niet om omhoog te kijken naar het decoratieve plafond.

 

 

In campagna, op het platteland, rond Dolceacqua kunt je een wandeling maken naar enkele andere kerken. De Chiesa di San Giorgio, op tien minuten lopen, bewaart bijvoorbeeld oude graven van de familie Doria, daterend uit de zestiende eeuw. Vanaf het kasteel van Doria via een pad door de olijfgaarden, na een wandeling van ongeveer 45 minuten, bereikt je het Santuario dell’Addolorata, gewijd aan San Gregorio, in de Morghe. Dan is er de Capella di San Bernardo, te voet ongeveer 25 minuten van het centrum. Hier kun je bijzondere fresco’s uit de vijftiende eeuw bewonderen.

 

Voor de meest actuele informatie over deze wandelingen klik op onderstaande site van de gemeente Dolceacqua.

 

Culinair genieten in Dolceacqua

Tijd voor een pauze? Terwijl je avontuur bijna eindigt, ga je naar de minder toeristische straten en trakteer je jezelf op een maaltijd in een van de lokale restaurants. Combineer je maaltijd met een glas Rosseso, de lokale rode wijn, die prachtig combineert met regionale recepten, en proost op een ongelooflijke dag. Salute!

 

 

Bronnen:

Bullough, Vern L. “Jus Primae Noctis or Droit Du Seigneur.” The Journal of Sex Research, vol. 28, no. 1, 1991, pp. 163–166. JSTOR, tegen betaling becshikbaar via:

https://www.jstor.org/stable/3812958?seq=1

Sector Cultuur van de gemeente Dolceacqua, Progetto a cura di Assessorato al Turismo e alla Cultura del Comune di Dolceacqua, via Roma, 50 – 18035 Dolceacqua (Imperia):

https://www.visitdolceacqua.it/

Foto’s: PW © 2023

Tekst Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2023

Louise’s Liguria: Il mistero di Altare.

Davide Papalini, CC BY-SA 3.0.

Altare is een van oorsprong middeleeuws bergdorpje in de Ligurische Apennijnen, zo’n 11 km. ten Noordwesten van de stad Savona. Het heeft zo’n 2000 inwoners, en het leven van alle dag kent hier een rustige pas. Toeristen komen er voornamelijk om te wandelen, of om op de mountainbike de heuvelachtige groene omgeving te verkennen.

 

Monte Burot, Pampuco, CC BY-SA 4.0.

 

Naast natuur om van te genieten, heeft Altare ook een bijzondere geschiedenis, het is bekend om het bewerken van glas, een mestiere artigianale, een ambachtelijk beroep, dat hier al sinds de elfde eeuw wordt uitgeoefend. Deze maestri vetrai, meester glasblazers, zouden het vak hebben geleerd van Franse meesters uit Orléans en Nevers. Anderen denken dat Benedictijner monniken de leermeesters waren. Tot 1823 heeft de Università vetraria bestaan, een gilde van glasblazers, vanaf 1864 verenigden zij zich in de Società Artistica Vetraria.

Bijzonder, want wanneer we het over Italiaanse glaskunst hebben, wordt meestal aan het Venetiaanse Murano glaswerk gedacht.

 

Villa Rosa, David Papalini, CC BY-SA 3.0.

Een mooie collectie glaskunst objecten gemaakt tussen 1750 en 1950, is te zien in het Museo dell’Arte vetraria Altarese, het museum voor glaskunst uit Altare. Ook kun je er de kunst van het glasblazen meemaken in de workshops die het museum organiseert. In het centrum vind je diverse cristallerie, winkeltjes waar je kirstalwerk kunt kopen.

 

Eind achttiende, begin negentiende eeuw, wanneer de Art Nouveau, die in Italia Stile Liberty, of Stile floreale wordt genoemd, zich in de kunst en de architectuur in Europa ontwikkelt, worden er in Altare twee villa’s in deze decoratieve stijl gebouwd;

 

Villa Agar, tegenwoordig een rusthuis voor gli anziani, voor senioren, en Villa Rosa, waarin het Museo dell’Arte vetraria Altarese, te vinden is. Op zich ook best opmerkelijk om in dit slaperige bergdorpje twee van die elegante villa’s aan te treffen, waardoor Altare in deze periode zelfs bekend heeft gestaan als la piccola Parigi, het kleine Parijs.

 

 

Twee auteurs uit Liguria die veel onderzoek hebben gedaan naar de geschiedenis van Altare zijn Giorgio Baietti en Luca Valentini.

In Liguria, zo vertelt Valentini, c’è molto di misterioso, is veel mysterie. Er zijn gebeurtenissen voorgekomen waarvan we weten dat ze daadwerkelijk hebben plaatsgevonden, doordat ze in antieke documenten zijn vastgelegd, zoals bijvoorbeeld de heksenprocessen in Triora, maar daarnaast onverklaarbare waarnemingen, sagen en legenden, die vallen onder de tradizione orale, en door mondelinge overlevering, worden doorgegeven, zoals bijvoorbeeld het mysterie van Altare over la ricchezza di Don Bertolotti, de plotselinge rijkdom van Monseigneur Bertolotti:

 

Giuseppe Bertolotti Remocorbaso, CC BY-SA 4.0.

Giuseppe Giovanni Bertolotti is in 1842 geboren in Cairo Montenotte, ca. elf kilometer noordelijk van Altare. Zijn vader is paardensmid, het gezin is arm. Na zijn opleiding aan het seminarie van Aqui Terme, gaat Giuseppe in 1865 aan het werk als dorpspastoor in Altare. Hij begint met het restaureren en verfraaien van de Chiesa di Sant Eugenio, die we vinden op het naar hem vernoemde piazza Monsignore Bertolotti.

Tijdens de werkzaamheden, die nog tot 1927 zullen doorgaan, vinden werklieden achter het grote glas- en loodraam een skelet, zittend op een stoel, de hielen tegen elkaar, en gedraaid naar het Oosten. Is dit een verwijzing naar een andere geestelijke, de Franse Bérenger Saunière uit Rennes Le Chateau, die na zijn dood, niet op een bed zou zijn opgebaard, maar in een gelijke houding, gedraaid naar het Oosten is gezet?

Anderen zien een verband met de Massoneria, de Vrij Metselaars, welke staand voor het altaar, met de hielen tegen elkaar, en gezicht richting Oosten, hun geloften zouden afleggen.

In het interieur van de kerk zijn de kruiswegstaties van de Via Crucis, antiorario, tegen de klok in, geplaatst. Een beeld van San Rocco, de patroonheilige van de glasblazers, blijkt een wond te hebben in het rechterbeen, terwijl dit volgens de traditie het linker moet zijn.

Allemaal vreemde vondsten. . .

Nog gekker wordt het wanneer niet veel later Bertolotti voor zijn zus Enrichetta de Villa Ager laat bouwen, voor Rosalia, zijn tweede zus, vervolgens Villa Rosa, en voor Cesarina, de derde zus, een palazzo op het kerkplein. Naast deze projecten voor zijn familie, financiert hij nog andere, zoals een kinderopvang en een meteorologisch waarnemingsstation.

Waar haalt een arme pastoor plotseling zoveel geld vandaan om dit allemaal te realiseren?

 

Chiesa di San Eugenio, Davide Papalini CC BY-SA 3.0.

Auteur Giorgio Baietti die, gefascineerd door dit verhaal, op zoek naar antwoorden, naar Altare is gereisd, ziet overeenkomsten met het mysterie van het Franse:

Rennes Le Chateau, waar in 1885 Bérenger Saunière aankomt om er te gaan werken als dorpspastoor. Net als zijn Italiaanse collega Bertolotti, vangt ook Saunière aan met de de restauratie van de kerk, de Sainte Marie Madaleine in zijn geval.

Onder het altaar zou hij hier mysterieuze perkament rollen met vreemde tekens hebben gevonden. De bisschop sommeert Saunière naar Parijs te komen om de tekens te laten ontcijferen, wat niet is gelukt.

Na terugkeer in zijn parochie, beschikt ook Saunière net als Bertolotti opeens over een enorme onverklaarde som geld. In het Sainte Marie Madaleine kerkje draait hij vervolgens de Via Crucis om en laat het wijwatervat vasthouden door een nare duivelse figuur. Boven de ingang, laat hij daarnaast de zin Terribilis este locus iste, deze plek is vreselijk, graveren, hier bedoeld in de zin van machtig, groots, sterk.

 

Over die plotselinge rijkdom en de gebeurtenissen die daarop volgden doen veel verhalen de ronde die bijdragen aan wat bekend staat als het mysterie van Rennes Le Chateau. Iemand die dit ook wilde onderzoeken is de Britste journalist Henry Lincoln, die vervolgens over zjjn bevindingen aldaar samen met thrillerauteurs Michael Baigent en Richard Leigh, een controversieel boek heeft geschreven: Holy Blood, Holy Grail (1982). Het verhaal suggereert, ondersteund door fantasierijke aannames, dat Jezus getrouwd is geweest met Maria Magdalena, en zelfs met haar kinderen heeft gekregen. Koninklijke afstammelingen daarvan zouden via een Franse lijn nog onder ons zijn en worden beschermd door een geheim genootschap; de Priorij van Sion. Het begrip de Heilige Graal, zou, volgens de auteurs, niet geïnterpreteerd moet worden als de beker met het bloed van Christus na zijn kruisiging, of als gebruikt bij het Laatste Avondmaal, maar als het Oud Franse woord sangreal sangbloed, real koninklijk, het koninklijke bloed van de afstammelingen van Jezus.

 

Reproductie van foto in Bibliothèque nationale de France (BnF), fotograaf onbekend.

Dan Brown heeft vervolgens ditzelfde thema verwerkt in zijn boek De Da Vinci Code (2003), In zijn roman noemt hij het plaatsje niet, maar er zijn wel verwijzingen naar Rennes Le Chateau. Een voorbeeld is de “conservator van het Louvre”, een van zijn romanpersonages, die hij de naam Jacques Saunière heeft gegeven. Wie hier meer over wil lezen, zie link onderaan dit artikel.

 

De documenten die Bérenger Saunière heeft gevonden, zouden deze theorieën, die de wereld op zijn kop zouden hebben gezet, hebben onthuld. . .

 

Heeft Bérenger Saunière, naar rondgaande verhalen fluisteren, daadwerkelijk dit enorme geheim ontdekt?

Is er een verband met zijn Italiaanse collega Giuseppe Bertolotti?

De twee pastoors hebben nooit een uitleg gegeven over hun rijkdom.

Zowel Bertolotti, als Saunière, blijven tot hun dood, in respectievelijk 1931 en 1917, werken in de eigen kleine dorpsgemeenschap, ondanks aanbiedingen voor hoge posities binnen de kerk.

Heeft de Rooms-Katholieke kerk hen beide met aanzien en geld de mond willen snoeren?

 

Noch het bisdom, nog historici of andere wetenschappers hebben deze overleveringen of het bestaan van de in Rennes Le Chateau gevonden documentende ooit bevestigd.

Inspirerende verhalen, waarheid, of mistero, mysterie? Dat mag jezelf beoordelen.

 

Illustratie-website Rennes Le Chateau, zie link onderaan artikel.

 

Artikelen:

Maria Vittoria Cascino, Misteri nella chiesa di Altare sulle tracce del Sacro Graal per Il Giornale.it, 14 Dicembre 2007.

https://www.ilgiornale.it/news/genova/misteri-nella-chiesa-altare-sulle-tracce-sacro-graal-179605.html

Valentina Fiore, Le vetrate di Villa Rosa: uno straordinario esempio di Liberty ad Altare in Alte Vitrie, brochure dell’Istituto per lo studio del vetro e dell’Arte vetraria, Altare, 2022.

http://www.museodelvetro.org/wp-content/uploads/2023/02/ALTE-VITRIE-brochure-2-2022-V1R2-HR.pdf

Voor wie Italiaans kent en verder wil lezen:

Giorgio Baietti, Lo specchio inverso, Edizioni Lindau, Torino, 2007.

Luca Valentini, I misteri della Liguria, Atene Edizioni, Arma di Taggia, 2017.

Foto’s glaskunst en interieur: Museo dell”Arte vetraria Altarese.

Overige websites:

http://www.comune.altare.sv.it/

http://www.museodelvetro.org/

https://www.rennes-le-chateau.fr/domaine-de-labbe-sauniere/

https://www.kuleuven.be/thomas/page/de-da-vinci-code/

Tekst Louise Helsloot MA © De Italiaanse Culturele Salon 2023.

2021 Het jaar van Dante Alighieri (1265-1321)

Dit jaar is het jaar van Dante, 700 jaar Dante Alighieri!

Wanneer je de Italiaanse taal voldoende beheerst lees je zijn meesterwerk “Commedia”, in drie delen: Inferno, Purgatorio en Paradiso natuurlijk het best in het Italiaans, maar je kunt ook voor een vertaling gaan. Welke van de vele vertalingen kies je dan?

Hoe lastig dat kan worden vertelde publiciste en vertaalster Hein Groen al in de Groene Amsterdammer (2001, nr.29) die tijdens het lezen van een Engelse vertaling al snel tot de conclusie kwam dat je: “[…] Dantes grootheid alleen in het Italiaans kunt ervaren”.

Aan een Nederlandse vertaling begon zij niet eens…

 

De uitdaging voor de vertaler is natuurlijk ook op zoek gaan naar dat ene woord in de doeltaal dat exact de intentie weergeeft die in de oorspronkelijke taal bedoeld wordt. Daarbij moet je niet alleen de letterlijk betekenis vertalen maar vooral, zoals vertaler Hans Bolland in een gesprek bij “De wereld draait door” (2019) vertelde: vertalen vanuit de ziel van de taal.

Bij Dante gaat het dan ook nog eens om het vertalen van Middeleeuwse poëzie van het hoogste literaire niveau.

 

Uren heb ik besteed aan de Commedia, aan het analyseren van de eigenheid van de taal, aan haar ontstaansgeschiedenis, achtergronden, symboliek en aan de personages die Dante, zelf ook een personage in dit verhaal, op zijn reis tegenkomt. Tijdens die studie Italiaanse taal en cultuur maakte ik kennis met de mooie vertaling van Frans van Dooren (1987) maar je zou ook voor die van Ike Cialona en Peter Verstegen (2000) kunnen kiezen. Daarnaast noem ik Juke Hudig die in haar “Dantes Divina Commedia in 111 pastels”(2014), kiest voor het weergeven van momenten uit de Commedia, in de vertaling van Christinus Kopps (1930), door middel van prachtige verstilde illustraties.

 

Firenze, Ravenna en Dante zijn onverbrekelijk verbonden en nog altijd is er heel veel belangstelling voor “ il sommo poeta”, zeker

nu, 700 jaar na zijn dood in 1321, in dit speciale Dante-jaar, blijf de website volgen!

 

Dante Alighieri, Commedia, con il commento di A. M. Chiavacci Leonardi, Bologna, Zanichelli, 1999

Dante Alighieri: De goddelijke komedie, vertaald door Frans van Dooren, Amsterdam-Leuven 1987.

Dante Alighieri: De goddelijke komedie, vertaald door Ike Cialona en Peter Verstegen, 2 delen, Amsterdam 2000.

Juke Hudig, Dante’s Divina Commedia in 111 pastels, Aurora productions, 2014.

https://www.groene.nl/artikel/vertedering-voor-dante

https://www.bnnvara.nl/dewerelddraaitdoor/videos/510245

https://www.facsimilefinder.com/facsimiles/dante-inferno-parigi-imola-facsimile

Illustrazione: Luca Signorelli, Dante Alighieri, detail van Luca Signorelli’s fresco in de kapel van San Brizio, cattedrale di Orvieto

CC BY-SA 3.0 <https://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0>, via Wikimedia Commons

Tekst Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2021

De Franse Salon en de Italiaanse Salotto

Foto: www.cubra.nl/PM/Gresset_Groepsportret.htm

In de 17e en 18e eeuw worden er in Frankrijk diverse literaire salons opgezet naar het voorbeeld van de Italiaanse hofcultuur. In deze salons (Salon in het Frans, Salotto in het Italiaans) komen schrijvers, filosofen en kunstenaars samen om te discussiëren over hun werk en te luisteren naar voordrachten, poëzie en muziek.
De gastvrouwen die deze salons organiseren worden Salonnières in het Frans en Salottiere in het Italiaans genoemd. Het zijn vrouwen uit de hogere bourgeoisie en aristocratie die culturele activiteiten organiseren, niet exclusief voor de adel aan het hof maar juist toegankelijker voor een breder publiek dat bestaat uit mannen èn vrouwen.

Klik hier voor het gehele artikel.

I tesori nascosti della Toscana – LUCIGNANO

inlucignano

Foto: inlucignano.com

Veel kleine en niet zo bekende plaatsjes in Italië kunnen je enorm verrassen met hun rijke culturele geschiedenis, waardoor je er kunstschatten tegen kunt komen, die je niet zou verwachten. Over deze minder bekende kant van Italië gaat mijn blog van vandaag om je te inspireren om bij een volgend bezoek aan Italië eens op zoek te gaan naar deze: tesori nascosti dell’Italia, deze: verborgen schatten van Italië!

In 2015 ging ik voor mijn studie Italiaans een paar dagen naar het plaatsje Lucignano in Toscane, om daar als tolk-vertaalster Italiaans-Nederlands te werken op een onderwijscongres. Voor dit vertaalwerk voor en de inhoudelijke verslaglegging van dit congres, was ik gereisd naar de prachtige omgeving waarin dit middeleeuwse dorpje ligt: het hart van de Val di Chiana, in de regio Toscane. In deze vallei, die bestaat uit een glooiend, heuvelachtig gebied, waar olijfolie en wijn wordt geproduceerd en een meer vlak gedeelte, waar men tarwe, gerst en mais verbouwt, zie je overal de zonnebloemen groeien en dat alles is een prachtig beeld als je naar Lucignano toe rijdt.

lucignano

Foto: www.igirasoli.ar.it

Het congres werd georganiseerd voor Nederlandse en Italiaanse leerkrachten om van elkaar te leren en van gedachten te kunnen wisselen over de inclusie van leerlingen met een beperking in de klas. Om te ervaren op welke manier in het Italiaanse basis- en voortgezet onderwijs die inclusie in de praktijk wordt gebracht, bezochten Nederlandse leerkrachten, hun Italiaanse collega’s ook in de klas op de diverse scholen in en rond Lucignano, waarbij ik optrad als tolk. Ik vond het heel bijzonder om te zien met hoeveel passie de Italiaanse leerkrachten omgegaan en werken met deze kinderen.
Wil je meer over weten over passend onderwijs in Italië, lees dan mijn verslag via deze link .

val-di-chiana-campi-300x199

Foto: mangiarebuono.it

Het plaatsje Lucignano wordt omgeven door de dorpen Monte San Savino in het noorden, Marciano della Chiana en Foiano della Chiana in het oosten, Sinalunga in het zuiden en Rapolano Terme in het westen en is een goede uitvalsbasis voor een heerlijke Toscane vakantie. De bekende plaatsen zoals Florence (1.20 minuten met de auto), Pisa en Lucca (ongeveer 2 uur rijden), Arezzo (half uurtje rijden) en Siena (40 minuten) zijn makkelijk te bezoeken, maar wanneer je je concentreert op Lucignano en omgeving, zal je je verwonderen over wat dit plaatsje biedt op het gebied van kunst en cultuur, op culinair gebied en aan accommodaties voor je verblijf in Toscane.

lucignano-vista-aerea-20150410100439-1000-600

Foto: www.lecantine.net

In de Italiaanse geschiedenis is er vanaf de Romeinse tijd al strijd gevoerd om de jurisdictie over deze vallei, om haar strategisch belang en om haar vruchtbare grond. In de eerste eeuw voor Christus viel het gebied onder Rome doordat het veroverd werd door Lucius Cornelius Sulla Felix, een Romeinse generaal en staatsman. Vervolgens stichtte de Romeinse consul Lucius Licinius Lucullus een Castrum romanum, een legerkampement voor de Romeinse legioenen in de Valdichiana vallei, waarna de naam Lucignianum ontstond als eerbetoon aan deze Lucius. Hieruit is later de naam Lucignano ontstaan. In 1371 werd door de Senezen de eclipsvormige stadsmuur gebouwd, die typerend is voor deze tijdsperiode, met de drie toegangspoorten: Porta San Giusto, Porta San Giovanni en de Porta Murata. Tenslotte werd in 1558 door de Florentijnen een fort gebouw voor Cosimo de Medici, door de architect Bernardo Puccini.

Tussen 1200 en 1500 voerden de steden Siena, Arezzo, Perugia en Florence een steeds terugkerende strijd om het gebied. Heel bekend is de “Battaglia della Valdichiana” een veldslag in 1363 tussen de Senezen, onder leiding van Giordano Orsini en de Florentijnen onder leiding van Niccolo de Montefeltro.
Over deze gebeurtenis is een fresco gemaakt door Lippo Vanni, een veertiende eeuwse schilder uit Siena, die te zien is in het Palazzo Pubblico te Siena, (ca.1364).

lippovannipalazzopubblico70

Foto: www.travelingintuscany.com

lucignano_porta

Foto: www.settemuse.it

Door de Porta San Giusto, die deel uitmaakt van de oude stadsmuur kom je het stadje binnen. Aan weerszijden van deze poort zijn twee caffetteria’s met een heerlijk terras, waar je s’ochtends een espresso met een brioche, een zoet broodje, kunt nuttigen in het opkomende zonnetje. De meeste inwoners komen hier dan ook dagelijks om een praatje te maken voordat zij aan hun dag gaan beginnen.  Als je vervolgens door de poort het oude centrum binnenloopt, zie je links in Via Giacomo Matteotti, de kleinere eenvoudige huizen, waar vroeger de armen woonden en rechts in de Via Roma de elegante paleizen van de historische adellijke families van Lucignano. Als je verder loopt naar het centro storico zie je op de piazza centrale de indrukwekkende Chiesa della Collegiata di San Michele Arcangelo

lucignano-la-collegiata-20150410100509-1000-600

Foto: www.lecantine.net

tourlusignanotrionfo0700Op de foto bezoeken wij deze kerk, waarbij wij werden rondgeleid door een wittekerklusignanoItaliaanse medewerkster van het Museo Comunale di Lucignano en ben ik aan het vertalen wat zij vertelt over de prachtige fresco’s die er bewaard zij uit de veertiende, vijftiende eeuw, zoals die van Bartholo di Fredi (Siena, 1330 – 1410): il trionfo della morte. Als je vervolgens je weg vervolgt richting het Palazzo Comunale, zie je de Chiesa di San Francesco, die opvalt door haar blauw met witte voorgevel.

sala-del-consiglio

Foto: media-cdn.tripadvisor.com

Het is de moeite waard om ook een bezoek te brengen aan het Palazzo Comunale, waar je de raadszaal, de Sala del Consiglio kunt bezoeken, die tegenwoordig gebruikt wordt is voor de raadsvergaderingen van de gemeenteraad met de burgemeester van Lucignano, die er ook haar kantoor heeft, mevrouw Robeta Casini. De ruimte van de raadszaal is rondom beschilderd met een groot werk van de Milanese schilder Luigi Ademollo (1764-1849): Il trionfo di Roma.

14

Foto: www.visitlucignano.it

6752

Foto: www.visitlucignano.it

Onderin het gebouw huist het Museo Civico di Lucignano, hier zijn mooie iconen te zien van Bartolo di Fredi (1455-1523) trittico La Madonna in trono con bambino en Lippo Vanni, (ca. 1350) Madonna in trono con Bambino, San Pietro e San Giovanni Battista.

In de kelder van het museum is de Sala delle Udienze gevestigd, een ruimte, waar door de priorij in de 14e eeuw recht werd gesproken en prachtige muurschilderingen te zien zijn van personages uit de Griekse en Romeinse mythologie, zoals Cesar en Augustus, Aristoteles, maar ook uit de bijbel, zoals Sint Franciscus, de beschermheilige van Lucignano. Ook zijn hier teksten te zien, die herinneren aan de vroegere functie van de ruimte, zoals: odite l’altra parte – vreest de andere kant, een tekst die weinig te raden overlaat over hoe een vonnis kon aflopen…

Naast bovenstaande teksten zijn er regels uit de Divina Commedia van Dante Alighieri op het koepelvormige plafond te zien, die voor de schrijver stonden voor een juiste rechtspraak en vrijheid.

albero1

Foto: www.visitlucignano.it

Het capolavoro, het meesterstuk van het museum is de Albero d’oro, de gouden boom, een werk van Ugolino da Vieri en Gabriello d’Antonio, dat gemaakt is tussen 1350 en 1471.

De boom is 2,60 m hoog, vanuit de stam in het midden steken aan weerszijden 6 takken omhoog, met prachtige gedecoreerde blaadjes aan de uiteinden kleine met koraal versierde medaillons dragen, waarbij het koraal het bloed van Christus uitbeeldt. Op de kruin van de boom staan een pelikaan en een crucifix afgebeeld.

De pelikaan staat symbool voor de zelfopoffering die een moeder voor haar kind heeft en de crucifix verwijst naar het supreme offer van Christus, zijn bloed als bron van leven voor de mensheid. De boom is ook bekend als de Albero dell’amore, de boom van de liefde en veel jonge bruidsparen beloven elkaar dan ook graag trouw voor deze relikwie en worden er vervolgens samen vereeuwigd.

In 2015 is de Albero d’oro di Lucignano op de EXPO in Milaan tentoongesteld, een evenement waar de inwoners van Lucignano heel trots op zijn.

Tijdens het congres verbleef ik in een typisch Toscaans landhuis. Het ruime huis was mooi ingericht en voorzien van van frisse okergele kleuren. Door de ramen zag je de heuvels. De eigenaresse kon niet allen erg lekker koken, maar zij verhuurt deze agriturismi in de streek. Ben je op zoek naar een mooi goed verzorgd vakantiehuis in de omgeving van Lucignano, kijk dan eens op deze link: Vakantiehuis Cepina.com.

Buon divertimento a Lucignano e alla prossima!

Bronnen en extra informatie:

http://www.treccani.it/enciclopedia/

http://www.visitlucignano.it/index-eng.html

http://www.lucignano.com/storia_di_lucignano.html

http://www.visitlucignano.it/museo.html

www.settemuse.it

Je kunt ook deze video bekijken.

Tekst en copyright Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2021