Boeken
-1
archive,category,category-boeken,category-156,stockholm-core-2.4,select-theme-ver-9.10,ajax_fade,page_not_loaded,,qode_menu_,wpb-js-composer js-comp-ver-7.7.1,vc_responsive

Over de geschiedenis van de lexicografie in Italia en combinatiewoordenboeken.

Wat mij boeit bij het maken van een vertaling is de vraag hoe ik de tekst zal benaderen. Een tekst daagt je uit, je moet op zoek gaan naar dat ene woord dat in de doeltaal precies uitdrukt wat in de brontaal wordt bedoeld. Een mooie vertaling vraagt ​​om creativiteit.

Naast grammaticale kennis van bron- en doeltaal, is voor de allerbeste vertaling ook kennis van de cultuur van het land waar de doeltaal wordt gesproken van belang. 

 

Wie de betekenis van een woord wil weten of vertalen raadpleegt daarvoor doorgaans een woordenboek, van papier of online. Ook voor het Italiaans bestaan ​​zeer veel verschillende soorten woordenboeken. Naast eentalige verklarende woordenboeken, tweetalige woordenboeken, etymologische woordenboeken, woordenboeken van dialecten, van synoniemen en antoniemen, over idiomatische uitdrukkingen en gespecialiseerde woordenboeken met een lexicon op medisch, technisch, of juridisch gebied bijvoorbeeld, zijn er sinds 2009 ook combinatiewoorden beschikbaar.

 

Heb je interesse in vertalen? Wil je meer weten over de geschiedenis van de lexicografie in Italië? Over de opzet, structuur en functie van belangrijke combinatiewoordenboeken zoals die van Francesco Urzì, Diario delle Combinazioni Lessicali , Luxembourg, Convivium, 2009, Paola Tiberii, Dizionario delle collocazioni. Le combinazioni delle parole in Italiano , Bologna, Zanichelli, 2012, Vincenzo Lo Cascio, de Dizionario Combinatorio dell’Italiano , Amsterdam/ Philadelphia, John Benjamins, 2013 en de Dizionario Combinatorio Compatto Italiano (2012)?

Tijdens mijn studie Italiaans heb ik over die onderwerpen een paper geschreven: “Een modern vertaalinstrument: de dizionario combinatorio ”(2017). Je leest deze via:  https://www.deitaliaanseculturelesalon.nl/wp-content/uploads/MLV-Helsloot-Paper-Dizionario-combinatorio.pdf

2021 Het jaar van Dante Alighieri (1265-1321)

Dit jaar is het jaar van Dante, 700 jaar Dante Alighieri!

Wanneer je de Italiaanse taal voldoende beheerst lees je zijn meesterwerk “Commedia”, in drie delen: Inferno, Purgatorio en Paradiso natuurlijk het best in het Italiaans, maar je kunt ook voor een vertaling gaan. Welke van de vele vertalingen kies je dan?

Hoe lastig dat kan worden vertelde publiciste en vertaalster Hein Groen al in de Groene Amsterdammer (2001, nr.29) die tijdens het lezen van een Engelse vertaling al snel tot de conclusie kwam dat je: “[…] Dantes grootheid alleen in het Italiaans kunt ervaren”.

Aan een Nederlandse vertaling begon zij niet eens…

 

De uitdaging voor de vertaler is natuurlijk ook op zoek gaan naar dat ene woord in de doeltaal dat exact de intentie weergeeft die in de oorspronkelijke taal bedoeld wordt. Daarbij moet je niet alleen de letterlijk betekenis vertalen maar vooral, zoals vertaler Hans Bolland in een gesprek bij “De wereld draait door” (2019) vertelde: vertalen vanuit de ziel van de taal.

Bij Dante gaat het dan ook nog eens om het vertalen van Middeleeuwse poëzie van het hoogste literaire niveau.

 

Uren heb ik besteed aan de Commedia, aan het analyseren van de eigenheid van de taal, aan haar ontstaansgeschiedenis, achtergronden, symboliek en aan de personages die Dante, zelf ook een personage in dit verhaal, op zijn reis tegenkomt. Tijdens die studie Italiaanse taal en cultuur maakte ik kennis met de mooie vertaling van Frans van Dooren (1987) maar je zou ook voor die van Ike Cialona en Peter Verstegen (2000) kunnen kiezen. Daarnaast noem ik Juke Hudig die in haar “Dantes Divina Commedia in 111 pastels”(2014), kiest voor het weergeven van momenten uit de Commedia, in de vertaling van Christinus Kopps (1930), door middel van prachtige verstilde illustraties.

 

Firenze, Ravenna en Dante zijn onverbrekelijk verbonden en nog altijd is er heel veel belangstelling voor “ il sommo poeta”, zeker

nu, 700 jaar na zijn dood in 1321, in dit speciale Dante-jaar, blijf de website volgen!

 

Dante Alighieri, Commedia, con il commento di A. M. Chiavacci Leonardi, Bologna, Zanichelli, 1999

Dante Alighieri: De goddelijke komedie, vertaald door Frans van Dooren, Amsterdam-Leuven 1987.

Dante Alighieri: De goddelijke komedie, vertaald door Ike Cialona en Peter Verstegen, 2 delen, Amsterdam 2000.

Juke Hudig, Dante’s Divina Commedia in 111 pastels, Aurora productions, 2014.

https://www.groene.nl/artikel/vertedering-voor-dante

https://www.bnnvara.nl/dewerelddraaitdoor/videos/510245

https://www.facsimilefinder.com/facsimiles/dante-inferno-parigi-imola-facsimile

Illustrazione: Luca Signorelli, Dante Alighieri, detail van Luca Signorelli’s fresco in de kapel van San Brizio, cattedrale di Orvieto

CC BY-SA 3.0 <https://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0>, via Wikimedia Commons

Tekst Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2021

Recensione: “La vita non è in ordine alfabetico” van Andrea Bajani

La vita non è in ordine alfabetico is een verhalenbundel van Andrea Bajani. De inleiding neemt je direct mee in het verhaal:

 

Omslag: Anneke Germers

Op de eerste schooldag zette de meester een houten doos voor zich op tafel. Daarna tilde hij het deksel op, keek erin en haalde er vervolgens een voor een de letters van het alfabet uit. Ze waren van gekleurd hout en hadden allemaal een andere vorm. Ademloos kwamen we uit onze banken en schuifelden naar hem toe, als door een magneet aangetrokken ijzervijlsel. Al snel stonden we allemaal rond zijn tafel. Toen hij de laatste letter tevoorschijn haalde – het was de G en de meester legde hem bij de andere op het formica tafelblad – maande hij ons tot stilte. Daarna vertelde hij dat er zesentwintig letters in het alfabet zitten. Dat lijkt misschien weinig, zei hij, maar met die letters zullen jullie van nu af aan alles moeten doen. Met zesentwintig letters – zei hij en pakte ze allemaal tegelijk op en hield ze ieder van ons voor – kun je de wereld opbouwen en afbreken, geboren worden en sterven, liefhebben, lijden, dreigen, helpen, vragen, bevelen, smeken, troosten, lachen, vragen, je wreken, liefkozen.

 

Door het kleine formaat oogt het bijna als van een gidsje waarin Bajani je in achtendertig korte verhalen meeneemt door het leven. Elk verhaal begint met één van de eenentwintig letters van het Italiaanse alfabet, dat zijn er vijf minder dan in ons alfabet want het Italiaanse alfabet kent de letters J-K-W-X-Y alleen in van andere talen geleende woorden zoals jazz, kaki, Wi-Fi, xilofono of yoga. Bajani besloot zelfs om er voor de vertaling in het Nederlands nog een paar extra verhalen bij te schrijven. Ook de volgorde van de verhalen moest voor de Nederlandse vertaling worden aangepast, immers de A van Amore is bij ons de L van Liefde.

 

De korte en luchtige verhalen gaan over allerlei dagelijkse dingen die heel herkenbaar zijn en je raken als lezer. Enkele voorbeelden:

Drago, draak, in de Nederlandse versie IJsbeer genoemd, vertelt over een kleine jongen die zijn knuffel niet kan missen. Vermakelijk en herkenbaar is het om te lezen hoe zijn ouders het hele huis afbreken omdat hun zoontje zonder IJsbeer niet kan slapen. Wanneer de jongen een man is geworden, kijkt hij naar IJsbeer die al zijn angsten en dromen kent.

Mooi geschreven is ook Filo. De titel betekent touwtje of koordje en slaat op een armbandje dat de hoofdpersoon, een vrouw, in haar jeugd heeft gekregen. In de Nederlandse versie is het vertaald als Wens dat slaat op de wensen die voor ieder knoopje in het wensrambandje zijn gelegd. Na jaren ziet de vrouw dit inmiddels versleten armbandje breken en in het afvoerputje van haar douchecabine verdwijnen. Ontzet denkt ze over haar verloren wensen en dromen van toen. Komt haar frustratie er nu in een keer uit?

In Habitat, vertaald als Minnares, lezen we over we een minnares die zich al twintig jaar gevangen weet in een onmogelijk liefde waar zij wil uitbreken maar dit niet kan.

Uscita dat uitgang betekent vertelt over een meisje dat door haar ouders op vakantie naar haar oma en opa wordt gestuurd. Al vanaf haar negende jaar moet het meisje alleen vliegen. Ondanks dat haar ouders eraan twijfelen of hun dochter niet te jong is om alleen te moeten reizen wordt zij doodsbang door de detectiepoortjes van de luchthaven op weg gestuurd. Wanneer zij veertien is overwint zij uiteindelijk haar angst. Met overdreven gebaren, als die van een turnster “zweeft” zij door de detectiepoortjes en gunt haar ouders geen blik meer waardig.

 

Achter in het boek onder Noot van de auteur vertelt Bajani over zijn schrijfproces. Net als de schrijver denkt zijn levensverhaal te hebben kunnen ordenen volgens de letters van het Italiaanse alfabet raakt hij weer in verwarring wanneer de vertaling in het Nederlands complex blijkt:

 

Het boek dat voor je ligt is geen Italiaans boek met Nederlandse woorden. Nee, het bestaat alleen in het Nederlands. Toen ik besloot het te schrijven, deed ik dat om een heel eenvoudige reden: ik wilde mijn leven, dat in het teken stond van de chaos, op orde brengen. Woorden helpen als je iets op orde wilt brengen: het zijn dozen die zich uitstekend lenen voor het catalogiseren van je bestaan. Ik had het idee dat het een simpel procedé was dat binnen ieders bereik lag: je levensverhaal vertellen door een aantal voor jou belangrijke woorden uit te kiezen en die vervolgens in alfabetische volgorde te zetten. Een alfabetische volgorde stelt gerust, geeft ons de illusie dat er een criterium bestaat op grond waarvan we kunnen proberen de chaos waardoor we elke dag worden overspoeld te ordenen. Dus dat heb ik gedaan: ik heb voor mij belangrijke woorden uitgekozen, heb die afgezet op de as van het alfabet, en toen ik ze daar allemaal samen zag staan besefte ik dat dat mijn leven was en voelde ik me goed. Ik had het gevoel dat alles – tenminste voor de duur van die verhalen, door de manier waarop ze elkaar in het boek opvolgden – eindelijk in evenwicht was. Maar vervolgens werden de rechten van het boek gekocht door mijn Nederlandse uitgever […]…

 

Hoe dit verder is gegaan kun je lezen in: Het leven is niet alfabetisch!

 

* Inleiding en Noot van de auteur overgenomen uit: Andrea Bajani, Het leven is niet alfabetisch, Amsterdam, Uitgeverij Athenaeum-Polak & van Gennep, 2014.

Oorspronkelijke titel: La vita non è in ordine alfabetico, Torino, Giulio Einaudi editore s.p.a., 2014.

Tekst en copyright Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2020

Recensione: “Le merendanze” van Clara Sereni

copertina: fotografia archivio RCS libri. Progetto grafico di Mucca Design

Voor wie graag een roman in het Italiaans leest!

De titel Le merendanze is ontstaan door twee woorden samen te voegen, het woord merenda dat tussendoortje betekent en het woord pranzo dat lunch betekent.

Het is een prachtig verhaal over vijf Italiaanse vrouwen, Giulia, Laura, Lucilla, Francesca en Caterina, ieder met haar eigen achtergrond, lotsbestemming en gevoelens van eenzaamheid. De vrouwen komen in contact met een groep naar Italië geëmigreerde vrouwen die een achtergrond hebben van vluchten, armoede, geweld, vernederingen en intimidatie. Aangekomen in Italië hebben de buitenlandse vrouwen moeite om de taal te leren en om te integreren.

De Italiaanse vrouwen staan op hun beurt uit angst voor het onbekende niet erg open voor contact. De buitenlandse vrouwen zijn anders, ze zijn – de ander. Gaandeweg zien de Italiaanse vrouwen in hoeveel hulp de emigrati nodig hebben en herkennen zij hun eigen eenzaamheid in elkaar.

Ze besluiten om samen een project op te zetten: samen een caritas diner organiseren dat bestaat uit diverse merendanze. Ook al zijn de Italiaanse en de buitenlandse vrouwen verschillend, door het schoonmaken, versieren van de zaal, koken en met elkaar iets moois creëren ontstaat een gevoel van sorellanza, zusterschap en verbinding waardoor alle vrouwen zich goed voelen.

 

 

 

 

Versione italiana:

Il titolo: la parola merendanzo è costruita dalla parola merenda e la parola pranzo.

È la storia di un incontro fra donne italiane e non-italiane che hanno un retroterra diverso, bisogni e destini distinti e anche le loro solitudini. Ci sono cinque personaggi principali cioè: Giulia, Laura, Lucilla, Francesca e Caterina che tutte le cinque sono eroine e contribuiscono all’immagine.

All’inizio le donne italiane non sono aperte o positive verso le extracomunitarie. Le donne straniere sono diverse – sono le altre. Anche se le eroine sono tutte diverse, quello che le unisce è la sorellanza. Hanno trovato un modo di sentirsi vicine in un progetto comune. Lo scopo è di organizzare la merendanza insieme, di creare una bella festa, di pulire e decorare la sala insieme, di fare carità, di partecipare, di sentirsi buone!

 

“ Così la preparazione del cibo è stare insieme, e le parole vengono meno difficile, è c’è la curiosità di imparare “cipolla” o “aneto” in una lingua o nell’altra. C’è modo di sentirsi vicine per un progetto comune”. (p. 228).

 

“ Zo wordt het bereiden van de maaltijd een samenzijn en komen de woorden minder moeilijk en is er de nieuwsgierigheid om een woord te leren als “ui” of “dille” in de ene of de andere taal. Het is een manier om je verbonden te voelen met elkaar door een gemeenschappelijk project”.

 

Clara Sereni, “Le merendanze”, Milano, RCS Libri S.p.a.,2004.

Tekst en copyright Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2020

Recensione: “Occhi di marrone” di Iacopo Maccioni

Per la versione italiana: leggi in fondo alla pagina

 

Beste lezers en lezeressen van mijn blog over de Italiaanse literatuur, buongiorno!

Vandaag gaan we van start met een aangrijpende roman van Iacopo Maccioni over vriendschap en liefde gedurende de Tweede Wereldoorlog in de historische context van het concentratiekamp Theresienstadt.

 

 

Occhi di marrone:

Tsvi, Dora, haar vader Otto en Zeev, vier levens die elkaar kruisen in een door God verlaten oord, het concentratiekamp van Terezín, ook bekend onder de door de Duitsers gegeven naam Theresienstadt. De inwoners moeten zien te overleven onder inhumane omstandigheden.
In de hoop in leven te blijven, werken de gevangenen gedwongen mee aan een promotiefilm over deze door de Führer aan de Joden geschonken stad, die het kamp weergeeft als een vakantieparadijs. Anderen nemen als musicus in het orkest of als zanger in het koor deel aan de muzikale uitvoering van het Requiem van Verdi, voor het officiële bezoek van enkele hooggeplaatste nazi’s en een delegatie van het Internationale Rode Kruis. In contrast met deze illusie wordt ondertussen dagelijks de lijst met de namen van de mannen, vrouwen en kinderen die op transport gaan naar Auschwitz groter. In deze omstandigheden maken we kennis met Tsvi, die een ontluikende liefde koestert voor Dvora en met haar vader Otto die de realiteit verwart en denkt in een vakantieoord te zijn, omdat hij niet kan bevatten waar hij is aangekomen. Wanhopig zoekt Tsvi de mooie kastanjebruine ogen (occhi di marrone) van Dvora in de rij mensen die verslagen afgevoerd wordt naar een van de laatste transporten en begrijpen we hoe Tsvi zelf als door een wonder, uit een zelfde rij gered is door een militair, toen hij met zijn ouders klaar stond om in te stappen in een van de treinen. Vanaf dat moment lijkt het als of hij niet meer bestaat omdat hij op geen enkele lijst meer voorkomt.

 

 

Met zijn roman herdenkt Iacopo Maccioni de talloze slachtoffers van de Shoah. Hij verwoordt op een aangrijpende manier de emoties van angst en wanhoop van zijn personages maar vooral ook hun heldenmoed en medemenselijkheid die blijkt uit hun daden. Heroïsche daden die, zoals hij het zelf verwoordt: “het mogelijk maken voor ons om te blijven geloven in de menselijkheid zelf in momenten van vertwijfeling ”.

De schrijfstijl van Maccioni heeft bijna iets autobiografisch, alsof hij er zelf bij is en vertelt wat hij ziet. Met deze boeiende geëngageerde roman over de Shoah appelleert de auteur mede aan ons moreel besef om het racisme, dat ook in onze tijd op de loer ligt te bestrijden.

 

Informatie over de auteur:

Ik heb Iacopo Maccioni ontmoet in 2015 in Lucignano in de provincie Arezzo, waar ik deel heb genomen aan een Italiaans-Nederlands congres over inclusie in het Italiaanse onderwijs.
Op de omslag van zijn boek wordt Iacopo Maccioni door Davide Franchi beschreven als een man die houdt van muziek en van reizen, maar vooral als iemand die graag mensen ontmoet en geïnteresseerd is hun verhalen. Als vroegere leerkracht en schoolhoofd heeft hij met veel passie bijgedragen aan het onderwijs in deze regio. Maccioni heeft onderwijscongressen georganiseerd en diverse artikelen gepubliceerd op onderwijs- en opvoedkundig gebied. Daarnaast heeft hij meegewerkt aan de realisatie van Aspettando il maestro (2012), een film van de regisseur Rachid Benhadj over het familieleven van vijf leerlingen van een school in San Savino die samen in een schoolband spelen. Andere werken van de auteur zijn: Onirismi (Europea Edizioni, 2013), uitgekozen voor de Primo Premio di Letteratura Città di Como in 2014 en finalist in 2017, van de Premio Letterario Nazionale Giovane Holden, voor de sectie uitgegeven werken, Ti racconto una storia (Albatrello, 2016) en nu Occhi di marrone (Giovane Holden Edizioni, 2018) waarvoor hij de Premio Nazionale Giovane Holden heeft gewonnen voor de sectie niet uitgegeven werken.

 

Versione italiana

 

Cari lettori e care lettrici del mio blog sulla letteratura italiana, buongiorno!

Iniziamo oggi con un romanzo toccante di Iacopo Maccioni sull’amicizia e sull’amore nella Seconda Guerra Mondiale nel contesto storico del campo di concentramento di Theresienstadt:

 

Copertina: Davide Franchi con prefazione di Jack Arbib

 

Occhi di marrone (2018)

Tsvi, Dora, suo padre Otto e Zeev, quattro vite che s’incrociano in un posto dimenticato da Dio: il campo di concentramento di Terezìn, noto anche come Theresienstadt. I prigionieri devono sopravvivere in uno stato disumano. Nella speranza di restare in vita sono anche obbligati a interpretare e realizzare un film propagandistico sulla città regalata dal Führer agli ebrei. Qui il campo è presentato come un paradiso, un luogo ameno di vacanza. Un gruppo numeroso di musicisti e cantanti partecipano alla realizzazione del Requiem di Verdi che sarà eseguito in occasione della visita di alcuni gerarchi nazisti e della Croce Rossa Internazionale. Intanto, a contrasto con quell’illusione, la lista con i nomi degli uomini, delle donne e dei bambini che partono con i convogli per Auschwitz, cresce ogni giorno.
In queste circostanze, facciamo conoscenza con Tsvi, che nutre un amore nascente per Dvora, e con suo padre Otto, il quale, incapace di gestire la realtà e confuso, pensa di essere arrivato in una residenza di vacanza. Disperato Tsvi cerca gli occhi di marrone, della castagna più bella, di Dvora, nelle persone in fila, in attesa di salire in uno degli ultimi convogli. Tsvi, tempo prima, era stato miracolosamente salvato da un militare mentre, in una fila simile, era in attesa di salire sul treno con i suoi genitori. Da quel momento è come non esistesse più perché non inserito più su nessun elenco.

 

 

 

 

Nel suo romanzo Iacopo Maccioni ricorda tutte le vittime della Shoah. Impressionante come, in modo commovente, esprima i sentimenti di paura e di disperazione dei suoi personaggi, e, soprattutto, come riveli l’umanità di essi attraverso i loro atti di eroismo. Atti che, come scrive l’autore: “ci consentono di poter continuare a credere nell’umanità anche in momenti in cui il dubbio sembra prevalere”.
La scrittura di Maccioni sembra quasi autobiografica, appare come se lui fosse parte della storia e raccontasse quello che vede. Con questo romanzo sulla Shoah, lo scrittore fa appello, inoltre, al nostro senso morale per combattere il razzismo che, anche nei nostri tempi, si presenta come rischio possibile.

 

Informazioni sull’autore:

 

Ho incontrato a Iacopo Maccioni nel 2015 quando sono stata a Lucignano, nella provincia di Arezzo, dove ho assistito a un convegno Italiano-Olandese sull’inclusione scolastica.
Sulla copertina del libro, Maccioni è descritto come una persona che ama la musica e viaggiare, ma soprattutto come persona interessata alle storie. E come, da insegnante e dirigente scolastico, abbia contribuito, con molta passione, all’educazione scolastica nella sua regione. Maccioni ha organizzato congressi sull’insegnamento e scritto vari articoli sulla scuola e sull’educazione. Inoltre, l’autore ha collaborato alla realizzazione del film Aspettando il maestro (2012) del regista Rachid Benhadj sulla vita di cinque alunni di una scuola di Monte San Savino che fanno parte di una banda musicale. Altre opere di Iacopo Maccioni sono: Onirismi (Europea Edizioni, 2013) selezionato al Primo Premio di Letteratura Città di Como nel 2014 e finalista, nel 2017, al Premio Letterario Nazionale Giovane Holden, nella sezione opere edite, Ti racconto una storia (Albatrello, 2016) e ora Occhi di marrone (Giovane Holden Edizioni, 2018), con il quale ha vinto il Premio Nazionale Giovane Holden, nella sezione opere inedite.

 

Iacopo Maccioni, Occhi di marrone, Giovane Holden Edizioni Sas, Viareggio (LU), 2018.
Bestellen kan via: Giovane Holden Edizioni/ e-mail: holden (at) giovaneholden (punt) it
In Nederland als E-book beschikbaar via: Bol.com

ISBN: 978-88-3292-127-4

Per ordini: Giovane Holden Edizioni

email: holden (at) giovaneholden (punto) it

Tekst en copyright Louise Helsloot MA – De Italiaanse Culturele Salon © 2018